In mijn vorige blogpost Van marathonloper tot ultraloper lijstte ik mijn loopdoelstellingen op. Daarin stond met stip genoteerd dat ik in 2017-2018 eens een berg-trail wou lopen… en vorig weekend was het zover!
Ik ben nogal “zot van de bergen” en dol op trail-running, dus de combinatie was al gauw gemaakt. Maar gemakkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk. Zou mijn lichaam wel een trail in de bergen aankunnen?
Het duurde even voor ik me durfde inschrijven. Dat had 3 redenen.
- Ten eerste, een berg-trail houdt onvermijdelijk heel wat hoogtemeters in. Hoogtemeters betekenen een zware belasting op je lichaam voor spieren en gewrichten. Niet dat ik snel zware blessures krijg die me het lopen volledig beletten, maar van zodra de intensiteit van een looptraining/schema toeneemt of het “volume” (het aantal kilometers), moet ik opletten voor overbelastingsblessures. In de voorbereiding naar mijn 4 marathons, heb ik telkens tegens de limiet aan getraind. De spieren in mijn kuiten, billen, bovenbenen en mijn hamstrings moet ik dan voortdurend verzorgen met de foam roller, met stretching en sessies bij de kine en osteopaat (zie ook mijn eerdere post De kine, een essentiële schakel). Ik heb ook al 2 keer last gehad aan mijn achillespees en pezen rond mijn knie, maar dat was vooral een gevolg van de spieren die te gespannen stonden en op de pezen trokken.
- Ten tweede, ik wou een berg-trail doen van om en bij 30km. Qua afstand schrikt me dat niet af. Echter, vorig jaar deed ik al eens mee aan de Trail des Fantômes in La Roche en Ardenne, een trail van 33km met 1300 hoogtemeters. Ik deed er toen 4,5u over, wat ongeveer een uur langer is dan mijn marathon tijd. Ik heb nog maar 2 keer langer dan 3u30 gelopen. Een inspanning van meer dan 3u blijft toch een onbekende.
- Ten derde, een berg oplopen (of stevig opwandelen – zie toelichting in mijn vorige post Van marathonloper tot ultraloper over mijn eerste ultra trail) zag ik nog zitten. Maar een alp aflopen op oneffen wegen en single tracks, dat had ik nog nooit gedaan en ik zou niet weten hoe ik er op zou moeten oefenen.
Enkele weetjes over hoogtemeters:
Wanneer een wedstrijd 1000 positieve hoogtemeters heeft, dan zijn dat er 1000 omhoog, maar ook 1000 naar beneden. Het gaat dus om het dubbel aantal hoogtemeters die in de benen kruipen. Stijgen en dalen belasten de spieren op een andere manier, dubbel lastig dus! En dubbel maal dubbel is vierdubbel … maar dan overdrijven we 😉
“Men zegge” dat je de hoogtemeters maal 10 mag doen om een vergelijkbare inspanning op een vlak parcours te bekomen. Dus 100 hoogtemeters zijn een equivalent van 1 kilometer op het vlakke. Een wedstrijd van 27km met 1600 hoogtemeters (om er maar eentje te noemen) is dus een equivalent van een vlakke marathon.
Stijgen en dalen vragen meer en andere looptechniek als op het vlakke. Zeker het dalen kan bijzonder lastig zijn, dat kan elke loper beamen.
Ik overwon mijn angsten en schreef me in voor mijn eerste berg-trail. Het werd “La 6D Lacs“, onderdeel van de gekende La600D, in La Plagne in de Franse Alpen (Savoie). Hier vind je een link naar de wedstrijd.
La600D komt van “la course avec 6000 mètres de dénivelés”, omdat de hoofdwestrijd vroeger 110km in de bergen bedroeg en ongeveer 6000 hoogtemeters omvatte. Dit jaar bedroeg “de lange afstand” er 65km en moesten er 3500 hoogtemeters overwonnen worden. Een naamsverandering was blijkbaar niet aan de orde.
De “kortere afstand” is La 6D Lacs, 27km lang en 1600 hoogtemeters. De start ligt op 1900 meter hoogte in La Plagne Bellecôte en het hoogste punt is nagenoeg 2700m hoog.
We hadden onze vakantie reeds enkele maanden geleden gepland. De keuze viel op Les Arcs in de Franse Alpen (bij de meesten gekend als skigebied). We waren er 2 jaar geleden ook al een keer en het beviel ons enorm. De dochters, toen 5 en 7 hadden het enorm naar hun zin en genoten van de bergwandelingen.
Als bij toeval (of is het eerder het lot?) ontdekte ik dat er net in die periode La600D werd georganiseerd in La Plagne, het buurdorp van Les Arcs. Ik kreeg spontaan een glimlach op mijn gezicht! Yes, mijn eerste berg-trail werd nu wel heel erg realistisch! Ik kon het inpassen in onze vakantie en moest er geen afzonderlijke reis voor inplannen (waardoor het mogelijk pas ten vroegste in 2018 zou kunnen)!
Op onze nationale feestdag kwamen we aan in Les Arcs op 1850 meter hoogte. We gingen nog snel wat boodschapjes doen in het supermarktje zo’n 50 hoogtemeters lager. Dat klinkt niet veel, maar het is een flukse en steile wandeling terug die op zulke hoogte naar adem doet happen. Zwaar hijgend kwam ik aan het appartement toe en de twijfel sloeg me toch even om het hart … binnen 8 dagen doe ik een berg-trail met 1600 hoogtemeters en pieken tot 2700 meter … en ik ben nu al buiten adem van 50 hoogtemeters?!? Hoe gaan we dat in hemelsnaam klaarspelen??? Ik hield me voor dat 8 dagen wel voldoende zouden zijn om aan de ijlere lucht op deze hoogte te wennen… al was het zonder veel overtuiging op dat moment.
De dagen erop maakten we enkele prachtige bergwandelingen en mijn vrouw en dochters genoten er even veel van als ikzelf. Ik heb daarnaast ook 2 stevige trainingen ingepland : een combinatie van stevig bergop wandelen en lopen. Ik oefende ook met de sticks en merkte dat ik er steeds beter in werd en ze echt wel een enorm voordeel boden voor het stijgen. Op woensdag deed ik een pittige training van 18 kilometers met 1200 hoogtemeters. Ik pikte er de hoogste top uit die ik zag (de Aiguille Grivé – 2700m hoog) en liep er naartoe en erop. Van daaruit had ik een prachtig zicht op de omringende bergen en valleien (zie foto’s hieronder). Nadien bleek dat ik de 2de beste tijd op Strava had op het laatste en tevens lastigste stuk. Ik verteerde deze training bijzonder goed, de hartslag zat goed, de recuperatie ging vlot … ik was dus vol vertrouwen voor de wedstrijd van zaterdag!
De nacht van de race gewoontegetrouw weer bijzonder onrustig geslapen. Ik denk dat ik ongeveer 4u30 heb geslapen. De wekker ging af om 5u15 want de start al om 8u was, ik nog een stevig ontbijt moest verorberen, nog een uur in de bergen rijden, een parkeerplaats zoeken, mijn startnummer afhalen en nog minstens 1 sanitaire pitstop maken. Ik was ruim op tijd, wat sommigen onder u wel zal verbazen … ik ben namelijk niet de meest stipte persoon op aarde. Ik wijt dat aan het feit dat ik een kwartier te laat ben geboren en dit nog steeds niet heb weten in te halen 😉
We stonden volgens de organisatie met 845 deelnemers aan de start, 584 mannen en 315 vrouwen om precies te zijn. Ik heb het nog proberen na te tellen, maar ik had niet genoeg tijd. Op de foto hieronder kan u zelf een poging wagen.
Om stipt 8u weerklonk het startschot. Zoals u kan zien op het plaatje hieronder, mochten we de eerste 9 kilometer klimmen. Prima om de beentjes op te warmen … en te doen ontploffen als we te voortvarend zouden starten.
Hieronder het hoogteprofiel van de race. Op-af-plat-op-af dus.
Na 1u18 en 900 hoogtemeters omhoog zwoegen, kwam ik als 227ste boven op de Roche de Mio. Een groot deel van de klim heb ik stevig doorgestapt. Lopen lukte vaak niet, enerzijds omdat het vaak te steil was, anderzijds omdat op een single track de lopers voor jou stappen en je hen niet kan passeren (als je dat al zou willen). Mijn sticks mocht ik na een kilometer of 3 gebruiken (wegens te druk in het eerste stuk) en die kwamen goed van pas. Ik had de indruk dat ik bij de betere klimmers was, want ik haalde toch heel wat lopers in.
Vervolgens kregen we een afdaling van een 5tal kilometers gepresenteerd. De eerste 2,5 kilometer waren op brede grintwegen. Dat ging nog behoorlijk vlot… Maar na de bevoorrading (en een sanitaire stop) volgde een erg technische afdaling. En toen heb ik afgezien als een beest! Een smal wegje, bezaaid met keien en rotsen slingerde zich langs een steile wand naar beneden. En toen bleek al snel dat ik een manifest gebrek aan afdalingstechniek had op zulk technisch terrein. Combineer dat nog eens met een licht gebrek aan moed of durf en u kan begrijpen dat het een helse bedoening was (zij die mij al eens hebben zien skiën weten precies wat ik bedoel). Ik werd dan ook voorbij gesneld door heel wat lopers (het waren er een 20tal, maar het leken er wel 100). Die technische afdaling was maar goed 2 kilometer, maar het leek wel een hele marathon. Mijn benen stonden op ontploffen!
Gelukkig volgden er 6 kilometers die licht bergaf liepen doorheen een bosrijke vallei. Dat hielp om wat te bekomen, goed te eten en te drinken en me mentaal voor te bereiden op wat komen zou.
Een vriendelijke Fransman had me intussen geïnformeerd dat het zwaarste nog moest komen: de klim van L’Arpette. “Slechts” 4 kilometer lang, maar met een 600tal hoogtemeters zowaar nog een pak steiler dan de eerste klim… Nou moe!
Als 246ste vatte ik de slotklim aan en ik merkte al snel dat het klimmen me pakken beter afging dan het dalen. Op de minder steile stukken lukte het me om te lopen. Het steilste deel was een single track die met tientallen haarspeldbochten zich doorheen een bos naar boven werkte. Ik maakte stevig vaart. Met behulp van het magische zinnetje “je peux passer?” en mijn sticks slaagde ik erin om heel wat deelnemers te passeren. Ik kwam uiteindelijk als 176ste boven, wat betekent dat ik precies 70 lopers had ingehaald, lang niet slecht!
Wat volgde waren 3 kilometers bergaf. Ze waren niet zo steil en technisch. De Fransman had me gezegd “les derniers kilomètres roulent bien” en dat kon ik beamen. Gaandeweg durfde ik me al wat meer laten gaan en met een flukse sprong (zie foto) vloog ik na 3u en 39 minuten over de aankomstlijn. Ik was 175ste op 845 deelnemers. Daarmee was ik bijzonder tevreden over mijn eerste berg-trail!
Het vreemde was dat ik na de aankomst niet echt moe was en de benen nog prima aanvoelden. Nochtans had ik nog nooit zoveel hoogtemeters afgemaald en stonden mijn benen meermaals op ontploffen tijdens de wedstrijd. Ook de dagen erop had ik nauwelijks last… Dat geeft zin in … meer! Al zal mijn vrouwtje dit niet graag lezen 😉
Volgende loop-afspraak is de Trail des Fantômes in La Roche en Ardenne op zondag 13 augustus.
Als u tot hier bent geraakt, dan wens ik u oprecht te bedanken!
Met speelse groet,
Bart
11 augustus 2017 at 07:24
Vergelijk de hoogteprofielen van bergtrails eens met een Ardennentrail zoals Trail des Fantômes. Die laatste zijn veel grilliger waardoor ze relatief erg zwaar zijn. De voortdurende afwisseling van steile klimmetjes en dalen, zijn soms vermoeiender dan de veel langere klimmen en dalen in de bergen waar je spieren na een tijdje wennen aan de inspanning. Terwijl je in de Ardennen voortdurend moet omschakelen.
Ik doe beiden graag hoewel niets kan tippen aan de visuals in de bergen en het lang naar beneden kunnen lopen.
Succes overmorgen. Wij gaan onze Trail des Fantômes dan al achter de rug hebben maar blijven nog in La Roche want ik wil nog sfeer opsnuiven en supporteren. 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
11 augustus 2017 at 08:33
Hi Katrien, wat je zegt klopt inderdaad. Ik heb vorig jaar ook de TDF gedaan en daar serieus op gezweet. Naar mijn aanvoelen was de TDF zwaarder dan de berg-trail, ook al zijn er minder hoogtemeters op papier.
Hopelijk kan ik zondag gaan, want de kuit is pijnlijk…
LikeGeliked door 1 persoon
11 augustus 2017 at 09:38
Ik hoop van harte dat je kan gaan en als het een troost mag zijn: mijn voetbeentjes in beide voeten lijken half verbrijzeld en morgen start ik de TDF 27 km ter coaching van een collega.
LikeLike
11 augustus 2017 at 09:42
Nou, succes! Verzorg je goed!
LikeGeliked door 1 persoon
21 oktober 2018 at 08:18
Wow – wat een foto’s! Lijkt me een prachtige, sportieve ervaring.
LikeLike
15 november 2022 at 02:59
Thank you for being yyou
LikeLike